Naoberhulp Annen

Steeds meer Drentse dorpen werken aan nieuwe vormen van naoberschap: Zorgzame Dorpen! BOKD heeft inmiddels een veertigtal dorpsinitiatieven in beeld. Zorgzame dorpen nemen verantwoordelijkheid voor de mensen in hun omgeving. In deze ‘inclusieve’ dorpen is aandacht voor nieuwe woonvormen, gezondheid, armoede, laaggeletterdheid, eenzaamheid, lief en leed en de samenhang daartussen.

BOKD wil de zichtbaarheid van de zorgzame dorpen vergroten en hun kennis vastleggen in verhalen. In het begin van de coronapandemie bleken deze dorpsinitiatieven rondom zorgen voor elkaar namelijk van grote toegevoegde waarde. Ze konden snel en adequaat hulp en ondersteuning bieden en organiseren. Kijk voor meer info op www.bokd.nl en www.drentsezorginitiatieven.nl.

Hoe zorg je dat mensen zo lang mogelijk zelfstandig in hun dorp kunnen blijven wonen?

Zonder bij een hulpvraag direct een beroep te hoeven doen op betaalde zorg? Op initiatief van verschillende partijen, waaronder welzijnsorganisatie Impuls Aa en Hunze, de Magnuskerk en Commissie Dorpsbelangen Annen, is in 2019 een oproep gedaan aan de inwoners van Annen om te starten met Naoberhulp. Dit naar voorbeeld van gelijksoortige initiatieven in omliggende dorpen. Deze laagdrempelige hulp, verleend door dorpsbewoners, vergemakkelijkt en verbetert het leven van inwoners van Annen.

Hetty Wolrich en voorzitter Geesje Fidder zijn twee van de coördinatoren die Naoberhulp Annen een gezicht geven. De groep bestaat verder uit Tienus Steenbergen, George Gildemacher en Rita Siegers. Daarbij worden zij ondersteund door Jeannet Darwinkel, buurtwerker bij Impuls Aa en Hunze.

“In het voorjaar van 2019 stond een oproep in het lokale weekblad. Daarop reageerden ongeveer tien mensen. Deze personen vormden samen de werkgroep die Naoberhulp op heeft gezet. Nu zijn er 4 coördinatoren en iemand die de secretariële werkzaamheden verzorgd.. “De werkgroep is in september echt begonnen en heeft toen een plan opgezet. Van de gemeente Aa en Hunze hebben we een startsubsidie gekregen, waarmee we onder andere een enquête, zowel digitaal als huis aan huis, konden uitzetten onder alle dorpsbewoners. Daarin konden ze aangeven of ze vrijwilliger wilden worden, of een hulpvraag hadden. Hiermee brachten we zowel de behoefte als het draagvlak in kaart, en binnen een paar weken hadden we een compleet overzicht.”

zeventig mensen die hulp aanboden

Dat er behoefte was aan een dergelijk initiatief, was snel duidelijk. Mensen gaven aan hulp te willen bij kleine klusjes in en om het huis en bij digitale problemen, maar er waren ook veel mensen die gezelschap zochten. Gelukkig meldden vrijwilligers zich ruim aan, er waren op een gegeven moment zeventig mensen die hulp aanboden. Boven verwachting.

Geesje: “Naar aanleiding hiervan hebben we de verschillende teams gevormd. We hebben de hulp opgedeeld in verschillende categorieën: ‘ICT en administratie’, ‘sociaal’, ‘overige’ en ‘in en om het huis’. De hulpvraag komt binnen bij mij, en ik speel het door naar één van de vier teams. Wij vinden discretie hierbij erg belangrijk. Ik maak een formulier met alle gegevens en stuur dit dan door. Maar we communiceren ook makkelijk via whatsapp.

“De hulpvraag komt binnen bij mij, en ik speel het door naar één van de vier teams.”

“We hebben goed de publiciteit opgezocht in het begin. In het huis-aan-huisblad, verder nog een folder, maandelijks in het mededelingenblad ’Annen’ vanuit Commissie Dorpsbelangen. Daarin staat allerlei nieuws uit het dorp, en wij leveren ook nieuws aan. Op de website van Commissie Dorpsbelangen hebben wij een apart gedeelte. 

We konden een mooie start maken met een startsubsidie van € 500,- van de gemeente Aa en Hunze. Ook is er een telefoon bekostigd. Het beheer van de financiën ligt bij Commissie Dorpsbelangen, maar in principe worden er nauwelijks kosten gemaakt.. Commissie Dorpsbelangen kijkt mee vanaf de zijlijn, maar wij staan en handelen volledig los van hen. Het loopt gewoon goed. De lijntjes zijn kort, en we weten elkaar te vinden.”

Samenwerking met de huiskamer

Een ander initiatief in Annen, dat al wat langer bestaat, is De Huiskamer. Deze laagdrempelige ontmoetingsmogelijkheid wordt tweewekelijks in het buurthuis georganiseerd door Impuls. Voor dorpsbewoners, in samenwerking met vrijwilligers. Een mooie collectieve activiteit. De vrijwilligers zien een wisselwerking ontstaan; bezoekers van De Huiskamer worden geattendeerd op het bestaan van Naoberhulp Annen. En andersom blijkt het ook te werken: sommige hulpvragers zijn inmiddels regelmatig te gast bij De Huiskamer.

“Op elkaar kunnen terugvallen, door hulp in te schakelen via Naoberhulp: dat is de kracht!”

Jeannet: “Het doel: de leefbaarheid in Annen in stand houden, op elkaar te kunnen terugvallen, door op een laagdrempelige manier hulp in te schakelen via Naoberhulp Annen: dat is de kracht. De lijnen zijn kort. Hetty en Geesje komen uit het dorp en kunnen snel oplossingen aandragen omdat ze bekend zijn in de omgeving en met de mensen.

Soms is het zoeken welke hulp daadwerkelijk geboden moet worden. Als er bepaalde zorgen zijn, wordt Impuls alsnog ingeschakeld. De vrijwilligers hebben dus ook een signaleringsfunctie. Als buurtwerker kan ik niet iedere week bij de mensen op bezoek. Een vrijwilliger heeft een ander doel, en andere gesprekken dan een professional.”

Korte lijntjes

Dat Naoberhulp Annen niet een solitair initiatief is, blijkt wel uit de wisselwerking tussen verschillende partijen. Zo krijgen de coördinatoren namen van hulpvragers door via de huisarts, maar ook via een mantelzorgcoördinator, Wmo, buurtwerker, Attenta, thuiszorgcoördinator of een familielid.

Jeannet: “Het lijntje is soms dun, wanneer past de vraag bij Naoberhulp of bij een andere organisatie? Meegenomen wordt het sociale contact met een dorpsgenoot. Vanuit Impuls proberen we zo laagdrempelig mogelijk in het voorliggend veld te helpen. Liefst voordat er een indicatie komt. En dan werken we graag samen met lokale vrijwilligers.

Regelmatig vindt er een netwerkoverleg plaats, waarbij verschillende instanties uit het dorp aanschuiven.  Zoals Impuls, Attenta, woonzorgcentum ’t Holthuys, de woningbouwstichting en soms de wijkagent. Ook daar geven we bekendheid aan Naoberhulp Annen, zodat het initiatief onder de aandacht blijft.”

Eenzaamheid steeds groter

In een tijd waarin het dorp Annen nog steeds groeiende is, is het niet meer altijd zo dat buurtgenoten elkaar kennen. De ouderwetse naoberhulp is dan minder vanzelfsprekend, terwijl eenzaamheid steeds meer een rol gaat spelen. Hetty: “Wat we vooral merkten, eigenlijk pas toen we al een tijdje gestart waren, is de duidelijke aanwezigheid van eenzaamheid. We krijgen momenteel de meeste vragen op sociaal gebied. En dan is de hulp bijna altijd structureel.

Zo hebben wij bijvoorbeeld een mevrouw geholpen die graag af en toe met iemand de bioscoop of het theater wilde bezoeken. Eén van onze vrijwilligers heeft daarvoor een apart netwerk van vrijwilligers opgezet. Er is ook een vrijwilliger die met een mevrouw boeken en online informatie bekijkt over bloemen en planten, iets waar ze erg in geïnteresseerd is. En iemand met een visuele beperking heeft hulp uit de ict-groep gekregen voor aanpassingen op de telefoon. Deze ict-er heeft mevrouw heel goed kunnen helpen. Zo zijn er talloze voorbeelden te noemen.”

Laatst belde er iemand die een wespennest onder het dak had. Zoiets kunnen wij niet doen.”

Geesje: “Laatst belde er iemand die een wespennest onder het dak had. Zoiets kunnen wij niet doen. Maar ik heb adresgegevens opgezocht van een wespenbestrijder, en zo is die meneer is toch verder geholpen. Het is dan toch een goed teken dat hij ons belt. Hij weet ons te vinden.

We benadrukken bij ons werk altijd dat we incidenteel iets kunnen oplossen, maar nooit de lokale bedrijven in de weg staan. Bijvoorbeeld eenmalig een heg knippen, dat is geen probleem. Wil iemand het iedere week, dan kunnen wij helpen met het zoeken naar een geschikte hovenier. We komen weleens situaties tegen die op het randje zijn. We zijn en blijven een vrijwilligersorganisatie.”

De kracht van de vrijwilliger

Hetty: “We hebben een grote groep vrijwilligers, alleen al in het team ‘sociaal contact’ zijn we met 20 mensen. Mensen in Annen hebben grote harten! De leeftijd van de hulpvragers ligt tussen halverwege de 50 en 100 jaar. De ene vrijwilliger wil iedere week wel komen, de ander belt eerst om te overleggen of komt juist wat minder vaak. Ik heb alle respect voor de vrijwilligers die vaak langskomen bij mensen die een moeilijke thuissituatie hebben.

Wat ik erg wil benadrukken is de kracht van de vrijwilliger! Er is zelfs iemand bij die een hulpvraag had, maar inmiddels zelf vrijwilliger is geworden. Ik ben erg trots op wat wij hebben bereikt tot nu toe, en hoeveel mensen we al hebben kunnen helpen. Dat doen we dan toch maar even! We zijn met elkaar heel bevlogen om dit te doen voor het dorp. Ik wil ook benoemen dat wij altijd hulp kunnen vragen aan Impuls.”

“Mensen in Annen hebben grote harten!”

Een initiatief opzetten in tijden van een pandemie, er zijn makkelijker omstandigheden. Maar de Annenaren zijn gewoon van start gegaan en misschien wel precies op het juiste moment. Al zijn er ook kleine hobbels die genomen moeten worden.

Geesje: “We zijn versneld gestart door corona. En ik had echt verwacht aanvragen te krijgen voor hulp met betrekking tot huisdieren. Maar die vragen kwamen niet. Ook lukt er weleens iets niet, zoals een fietsclubje dat niet verder van de grond is gekomen. En onze hulp is niet alleen voor ouderen. Maar de jongere mensen hebben momenteel geen hulpvraag. Dat lost zich blijkbaar vanzelf op.”

Hetty: “Soms is een vraag te moeilijk. Uiteindelijk wordt het dan op een andere manier opgelost. Je beseft van tevoren niet altijd wat voor hulpvragen er zijn.” Geesje: “Al met al draait het nu prima, en we hopen het zo voort te kunnen zetten.”

Interview en tekst: Annelies Langenburg in opdracht van BOKD.

VERDER LEZEN?

Lees ook de andere artikelen in de serie Zorgzame Dorpen.